Jac.P. Thijsse maakte als onderwijzer in de Jordaan wandelingen met zijn leerlingen over Koenenkade en het Jaagpad om de Nieuwe Meer heen en raakte onder de indruk van het natuurleven en de landschappelijke schoonheid van dit gebied. Hij wist goed wat er elders in Nederland en de wereld te beleven is zodat zijn aanbeveling op goede grond gefundeerd was. In 1908 publiceerde hij 'de parkenquaestie' in het Handelsblad en twintig jaar later werd zijn idee voor het Amsterdamse Bos door de gemeenteraad van Amsterdam aanvaard. Sindsdien zijn de stedenbouwkundigen doordrongen van het feit dat het gebied rondom de Nieuwe Meer zich bij uitstek leent voor natuur- en recreatie.

Nadat de gemeente eind jaren vijftig van de vorige eeuw de zandafgraving in de Nieuwe Meer voor de bouw van Nieuw West had gestaakt, ontfermt sinds 1984 de vereniging zich over de toen verweesd achtergebleven Oeverlanden. Hoewel de Vereniging "De Oeverlanden Blijven!" in het verleden al vele aanslagen op de Oeverlanden heeft weten te verijdelen, lijkt de strijd voor behoud van dit natuurgebied nog niet ten einde. Richtte de vereniging zich in het verleden vooral op het verijdelen van ongewenste plannenmakerij voor woningbouwprojecten, de laatste jaren vormt het bewaken van de biodiversiteit een belangrijke taak. Dit doen we door het indienen van zienswijzen op nota's van de gemeente Amsterdam en het indienen van bezwaarschriften tegen voorgenomen omgevingsvergunningen. Daarnaast proberen we zoveel mogelijk in te haken op bewonersinitiatieven die tot doel hebben de waardering van de natuur in de woonomgeving te bevorderen.

Educatie is ook een belangrijke pijler van de vereniging, zo verzorgen we ieder jaar een aantal excursies en organiseren we de kindernatuurclub 'De Biobende'.